Een geschenk van God, wat een verrassing!

Daarom zult u de HEERE, uw God, liefhebben met heel uw hart, met heel uw ziel en met heel uw kracht. Deze woorden, die ik u heden gebied, moeten in uw hart zijn. U moet ze uw kinderen inprenten en erover spreken, als u in uw huis zit en als u over de weg gaat, als u neerligt en als u opstaat. U moet ze als een teken op uw hand binden en ze moeten als een voorhoofdsband tussen uw ogen zijn. U moet ze op de deurposten van uw huis en op uw poorten schrijven. Deuteronomium 6: 5-9
Toen ik het voorwoord aan het schrijven was voor dit nummer van het Gemeentelicht werden we verrast met de geboorte van ons eerste kleinkind. Hij is 5 weken te vroeg geboren, maar hij doet het gelukkig erg goed. Voor Sophie en Maurice was de verrassing net zo groot en het heeft dus nog een paar dagen geduurd voordat ze een naam voor het kleine mannetje hadden bedacht. Ze hebben hem de naam Zebediah Eliezer meegegeven, met de mooie betekenis ‘een geschenk van God’ en ‘God is mijn hulp’. Als ‘opa’ vind ik het natuurlijk een prachtige naam.
Het is geweldig dat de ouders voor deze namen hebben gekozen. Enerzijds omdat ze zelf ervaren welk een geschenk ze hebben ontvangen. Anderzijds om dat ook als een boodschap mee te geven aan je kind. Wat een zegen dat het ventje elke dag geconfronteerd mag worden dat zijn leven een geschenk van God is en dat God de Vader zijn Hulpe is. In een tijd dat het verreweg vanzelfsprekend is dat een kind opgroeit in een gelovige context, is het voor ouders des temeer reden zelf zorg te dragen voor een gelovige basis en omgeving. Wat geef ik mijn kind mee en hoe doe ik dat zijn daarbij belangrijke vragen. Je kunt er denk ik nooit te vroeg mee beginnen.
Het is zo vanzelfsprekend in onze maatschappij om het beste uit de kast de halen voor het opgroeien van onze kinderen. Veel aandacht zal er dan ook voor dit mannetje uitgaan naar de juiste schoolkeuze, het juiste vervolg onderwijs, het juiste vakkenpakket en uiteindelijk de juiste studiekeuze. Dit alles om zo goed mogelijk aan zijn zelfstandige leven te kunnen beginnen. En dan heb ik het nog niet eens over de sporten die het kind kan beoefenen of het kunnen bespelen van een muziekinstrument. We leven tenslotte in een tijd dat we oog willen hebben voor de maximale ontplooiing van een kind. Dat hij alles uit de kast kan halen om zo gelukkig mogelijk te worden. En natuurlijk begrijp ik dat en daar is verder niets negatiefs van te zeggen. Want wie gunt zijn kind niet het beste en zeker als het mogelijk is.

Toch zie ik ook om mij heen dat al die energie die wij in de eerste 20 tot 25 jaar in onze kinderen investeren om zo goed mogelijk te kunnen starten, soms ook in een schril contrast staat met de aandacht die we ons kind bieden om de belangrijkste keuze in zijn/haar leven te maken. Namelijk de keuze voor Jezus en Hem te volgen. Het is belangrijk dat we hier oog voor hebben. Dat heeft gevolgen voor de keuzes die gelovige ouders maken over de opvoeding. Tevens zijn gelovige ouders ook onderdeel van een geloofsgemeenschap die ook een belangrijke rol kan vervullen in het creëren van een gelovige context. Daarmee is gemeente-zijn meer dan het op zondag bezoeken van de samenkomst in de kerk. Juist omdat een gelovige context ontbreekt dienen we op zoek te gaan naar hoe we als gemeente een geestelijke context bieden, die jonge ouders maar zeker ook kinderen en jongeren kan ondersteunen om hun weg hierin te vinden. Met de eenvoudige woorden van Jezus zelf wordt dat nog eens te meer duidelijk. ‘Laat de kinderen tot mij komen’, zegt Hij te midden van het gesprek van grote mensen en z’n discipelen die de kinderen ervan weerhouden om bij Jezus te komen.
Voor Mozes was het duidelijk dat dé manier om ervoor te zorgen dat de grootheid van God zichtbaar wordt, alles te maken had met het delen van ons geloof met onze kinderen. Hij spoorde het volk Israël aan om dat vooral te doen. Hij maakte gebruik van het woord inprenten. Dat is meer dan vertellen, het heeft alles te maken met ‘doen doordringen’. Dat onze kinderen doordrongen zijn dat ze een geschenk van God zijn en dat Hij hen helpt. Verder roept Mozes ons op om dat te doen ‘als u in uw huis zit en als u over de weg gaat, als u neerligt en als u opstaat’. Daarmee wordt duidelijk dat we geen moment ongebruikt moeten laten. Maar dat het tonen van de grootheid van God mogelijk is in alles wat we doen en waar we ook maar zijn. Dan is inprenten een opdracht die ons dus al onze tijd kost. En dat begint bijvoorbeeld bij het geven van een naam aan je kind. Dat betekent natuurlijk niet dat elk kind een Bijbelse naam moet hebben. Nee, maar het betekent wel dat ouders beseffen dat het van levensbelang is, om bewuste keuzes te maken, hoe onze kinderen te leren hoe ze God kunnen liefhebben met heel hun hart, met heel hun ziel en met al hun kracht.
‘Opa’ ☺Hin